De moeder die ik nooit zal zijn...
Soms maak ik mij zo’n zorgen om jou, mijn lieve dochter. Vooral ook omdat ik twijfel of je wel weet dat ik van jou hou. Gevoelens uiten is lastig voor jou. Eigenlijk heb ik nog nooit iets gehoord over jouw gevoelens. Wij zeggen thuis altijd ‘i luv you’ als we elkaar gedag zeggen. Dat zeg jij ook altijd gezellig met ons mee op jouw ‘robotachtig’ manier. Maar hoe voel jij je nu werkelijk? Het is mij een raadsel. Soms hoop ik dat je heel boos op mij wordt of ongelofelijk gaat huilen als ik weer eens tegen je ben uitgevallen, maar er komt nooit iets. En dan voel ik mij zo schuldig. Wat een vreselijke moeder ben ik toch om mij zo te laten gaan tegen mijn eigen dochter. En jij die dan als ‘bevroren’ staat met een glimlach op je gezicht waar je echt niets aan kan doen. De juiste gezichtsuitdrukkingen bij de juiste situaties plaatsen is voor veel kinderen met hechtingsproblemen lastig, dat weet ik natuurlijk ook wel en toch kan ik er zo moeilijk mee om gaan. Op die momenten hoop ik vurig dat ik ooit zo’n moeder zal worden die ik soms in mijn omgeving zie. Zo eentje die nooit haar geduld verliest. Zelfs niet als haar kind totaal uit zijn of haar dak gaat. Zo’n moeder waar jij hard naar toe rent als jij mij nodig hebt. Als je pijn hebt of verdrietig bent. Zo’n moeder waar jij kan schuilen op moeilijke momenten en waar het veilig is. Maar zo’n moeder voel ik mij niet. Ik voel mij een moeder die altijd te kort schiet. Hoezeer ik mij na mijn laatste schreeuwuitval of uitgebreide preek ook voorneem dit nooit meer te doen. Op de een of andere manier lukt het mij niet om neutraal te blijven als ik er weer achter kom dat jij toch weer met dingen bezig bent geweest die gevaarlijk zijn voor jou. Ik word dan boos en ga schreeuwen maar eigenlijk ben ik moe en verdrietig. Moe omdat ik nu al 14 jaar voor je zorg en ik soms de moed aan het verliezen ben. Dan denk ik: Hoe moet het in godsnaam goed komen met jou? Wie gaat er voor je zorgen, je beschermen, als ik er niet meer ben? Ik wil jou zo graag de warmte en liefde geven die ik voor je heb maar het wordt te vaak overschaduwd door allerlei situaties waar wij wekelijks mee te maken krijgen. Met als resultaat dat jij en ik allebei weer terug kruipen in onze schulp om niet verder gepijnigd te worden. Jij door mijn schreeuwen, ik omdat jij soms zo lastig te bereiken bent en je zo donders goed weet waar mijn pijnplekken zitten. Soms lijkt het net of je dit express doet. Maar ik weet dat dit niet zo is. Nog steeds denk ik dat wij de ‘sleutel’ ergens gaan vinden. Daarom zal ik de moed ook nooit opgeven en altijd doorgaan. Maar soms heb ik even niets meer om te geven en wil ik het liefst wegkruipen onder een steen. Even niet meer voelen. Er even niet meer zijn. Maar dan krijg ik deze lieve woorden van jou aan mij. Daarmee kan ik dan weer even voort.